Foto: Ans Brys
Wat is je job in Museum Vleeshuis?
Ik ben conservator van het museum en verantwoordelijk voor het bewaren en presenteren van onze collectie muziekinstrumenten.
Wat doe je nu het museum gesloten is?
Nu het museum tijdelijk gesloten is voor restauratie, zit ik uiteraard niet stil. Samen met het team zorg ik ervoor dat de collectie veilig wordt ingepakt en naar het depot wordt verhuisd. Tegelijkertijd ben ik volop bezig met het uitwerken van het concept voor het nieuwe muziekmuseum en het selecteren van de instrumenten die we er willen presenteren. Het mooiste aan mijn job? Samen met mijn collega’s dat nieuwe verhaal schrijven, want die kans krijgen we waarschijnlijk maar één keer in ons leven!
Welk collectiestuk ga je het meeste missen en waarom?
Eén instrument ga ik de komende vijf jaar hard missen en dat is deze contrabas van Peeter Borlon uit 1647. Net als Borlon ben ik ook muzikant en instrumentenbouwer. Zijn contrabas is een buitengewoon voorbeeld van waar ik als conservator mee bezig ben: kennis verwerven over strijkinstrumenten die in de 17de en 18de eeuw gemaakt zijn in België. Borlon bouwde zijn contrabas in 1647 voor de kathedraal. Daar deed de bas zo’n 200 jaar dienst in het orkest. Later vond het zijn weg naar onze collectie, waarmee het een van de alleroudste Vlaamse contrabassen is die bewaard zijn gebleven.
"Wat me vooral fascineert, is dat we het complete levensverhaal van dit instrument kennen. Eén episode springt eruit: het tekstraadsel op de rug, een inscriptie die het tweehonderdjarige gebruik ervan aantoont in de kathedraal. Er staat geschreven: AntVerpiae In SanCtae Mariae Virginis Vno ALteroqVe AeVo JehoVae LaVDes CantaVI. De hoofdletters vormen samen het jaartal 1847. Hoe geweldig is dat!"
